Zorgprogramma: Gedragsproblemen
PEP-Wiersma maakt voor kinderen en jongeren die (mogelijk) een gedragsstoornis hebben, gebruik van enkele voor deze groep kinderen en jongeren ontwikkelde behandelprogramma’s. In dit zorgprogramma volgt uw kind samen met u een traject van intake, onderzoek, behandeling en begeleiding. Kijk voor meer informatie op de pagina over gedragsproblemen.
Wanneer kinderen bij ons komen die (mogelijk) een (oppositionele) gedragsstoornis hebben, doorlopen we een aantal stappen. Die stappen bij elkaar worden ‘zorgpad’ of ‘zorgprogramma’ genoemd. De stappen staan hierna uitgelegd.
1. Aanmelding en intake
Meestal meldt een (huis)arts een kind aan bij PEP-Wiersma. Nadat wij het aanmeldformulier en de gevraagde gegevens van u hebben ontvangen, ontvangt u van ons een voorstel met data voor intake, onderzoek én advies. U krijgt vooraf een anamnesevragenlijst en enkele gedragsvragenlijsten toegestuurd, die u ons in principe voor het eerste kennismakings- of intakegesprek retour stuurt. Omdat het van belang is wat de leerkracht op school van uw kind waarneemt, krijgt u tevens enkele vragenlijsten van ons voor de leerkracht van uw kind toegestuurd. Het intakegesprek met de ouder(s)/ verzorger(s) - dus zonder uw kind - is tegelijk het eerste onderzoeksmoment, omdat dan tevens de ontwikkelingsanamnese wordt afgenomen. Dit gesprek duurt ongeveer twee uur.
2. Onderzoek
Om helder te krijgen wat er met uw kind aan de hand is, maken we aansluitend op de intake (met ‘heteroanamnese’)
een start met een aantal onderzoeken van en met uw kind. Het totaal van deze onderzoeken wordt ‘diagnostiek’
genoemd. Deze diagnostiek bestaat uit de volgende onderzoeken:
• Een ontwikkelingsanamnese
In het eerste gesprek is de ontwikkeling van uw kind in detail met u doorgenomen. (Hiervoor heeft u van
tevoren een aantal vragenlijsten ingevuld.)
• Een analyse van de schoolinformatie
Analyse van de leerprestaties en het gedrag op school is van belang om de problemen van uw kind
desgewenst in een breder kader te kunnen plaatsen.
• Een kinderpsychiatrisch en -psychologisch onderzoek
Mede afhankelijk van de reeds verkregen informatie worden door middel van meer specifieke vragenlijsten
bij u en uw kind mogelijke veronderstellingen (‘hypothesen’) nader onderzocht. De klinisch kinder- en
jeugdpsycholoog onderzoekt met uw kind te praten en door het eventueel opdrachten (‘taken’) te laten
uitvoeren of vragenlijsten te laten invullen, om een zo volledig mogelijk beeld van uw kind te kunnen
krijgen. Hierbij wordt met name gelet op medische gegevens, gedrag en emotionele ontwikkeling van
uw kind.
• Een intelligentieonderzoek
Na(ast) onderzoek van de algemene sociaal-emotionele (‘affectieve’) ontwikkeling van uw kind is
het van belang een beeld van de algemene ‘cognitieve’ ontwikkeling van uw kind te krijgen. Middels
een (algemeen) intelligentieonderzoek en soms een (specifiek) functieonderzoek kunnen sterke(re)
of zwakke(re) kanten van het cognitieve functioneren van uw kind in beeld worden gebracht en
gerelateerd worden aan zowel de sociaal-emotionele ontwikkeling als aan de gepresenteerde klachten,
problemen of zorgen.
• Een gezinsdiagnostisch onderzoek
Om een beeld te kunnen krijgen van de situatie thuis vinden er een of meerdere gesprekken met het
hele gezin plaats.
3. Behandelplan
Met de uitkomsten de uitkomsten van de onderzoeken maakt een klinisch kinder- en jeugdpsycholoog een behandelplan met daarin de volgende informatie:
• De diagnose
De gedragsstoornis kan in ernstigheid variëren. De stoornis gaat bovendien vaak gepaard met een tweede
psychiatrische stoornis of probleem. De diagnose van deze stoornissen en problemen is het uitgangspunt
van het behandelplan.
• Een sterkt-zwakte-analyse
We kijken wat de sterke en minder sterke kanten van het kind zijn. Het kind is bijvoorbeeld erg nieuwsgierig
en enthousiast, maar snapt dingen niet zo snel en kan zich niet concentreren. Diezelfde analyse passen
we ook toe op de omgeving van het kind (ouders, leerkrachten, vriendjes). Zo kunnen scheidende ouders
of een drukke klas een zwakte voor het kind betekenen, maar kan een betrokken leraar of (groot)ouder
een sterkte zijn. Door de sterke punten extra sterk te maken en de zwakke punten te beperken is een
kind beter in staat om met de gedragsstoornis om te gaan.
• De behandeldoelen
In deze doelen leggen we samen vast wat we met uw kind willen bereiken en op welke termijn.
De behandeling is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de leeftijd en de omgeving van uw kind.
Daarom stemmen we de doelen van de behandeling daar op af.
4. Resultatenbespreking/ adviesgesprek en behandelovereenkomst
In de resultatenbespreking ('adviesgesprek') krijgt u uitgelegd wat de uitkomsten van de onderzoeksmomenten betekenen. Hierdoor kan het u duidelijk worden hoe wij tot ons eventuele behandeladvies zijn gekomen. Als u met deze voorstellen akkoord gaat, sluiten we een behandelovereenkomst en kan de behandeling van start gaan.
5. Behandeling en begeleiding
De behandeling en begeleiding zijn opgenomen in het volgende basisprogramma:
• Psychoeducatie voor u en uw kind (en soms ook aan een leerkracht). Deze psychoeducatie bestaat
uit advies, uitleg en begeleiding. Wij geven uitleg over de gedragsstoornis, over de uitkomsten van de
onderzoeken en over de betekenis van een gedragsstoornis op het denken en handelen van uw kind.
Verder geven wij adviezen voor de aanpak en opvoeding van uw kind thuis en op school en geven
wij kortdurende ondersteuning en begeleiding aan u als opvoeder (en soms dus ook aan de leerkracht)
ten aanzien van deze nieuwe aanpak.
• U krijgt individueel of zo mogelijk in een groep training in opvoedingsvaardigheden aangeboden. Hierdoor willen wij
u nieuwe manieren laten zien en aanleren om met uw kind om te gaan. Een groep is een mooie
gelegenheid om ervaringen met andere ouders uit te wisselen.
• We bieden uw kind een training (cognitieve) sociale vaardigheidstraining of gedragstherapie aan. Daarin
leert het kind met anderen omgaan en helpt een therapeut om via oefeningen het probleemgedrag af te
leren en dit te vervangen door beter passend gedrag. De training is geschikt voor kinderen van 9-12 jaar.
Er zijn 12 wekelijkse bijeenkomsten van ca. 90 minuten. Daarnaast zijn er 2 à 3 (verplichte) ouderavonden.
Doorverwijzing
Wanneer dit nodig is, bijvoorbeeld bij (ernstige) problemen in de thuissituatie en/of gedragsstoornis met een tweede (ernstige) psychiatrische problematiek, kan samen met u besloten worden tot doorverwijzing voor:
• begeleiding aan u als opvoeder in de thuissituatie (IPG: intensieve pedagogische gezinsbegeleiding);
• uitbreiding van de behandeling met medicatie - dit gaat altijd in overleg met u;
• aanmelding bij een instelling voor kinder- en jeugdpsychiatrie voor eventuele behandeling op een behandel-
afdeling in een kliniek of deeltijdkliniek.
Heeft u nog vragen? contactformulier